Onderzeeboten en de race to the bottom

De werkgroep “Politiek en DV techniek” analyseert actuele politieke ontwikkelingen in de defensiesector. Zij levert onafhankelijke feiten en duiding vanuit de technologische kennis en ervaring van ingenieurs.

De werkgroep Politiek en DV techniek heeft onderstaande vragen en opmerkingen over het DMP-B vervanging Walrus-klasse onderzeeboten, gepubliceerd door de Staatssecretaris van Defensie op 13 december 2019. Het commentaar is opgesteld op basis van openbaar beschikbare informatie en kennis en ervaring op het gebied van defensietechnologie. 

De werkgroep is van mening dat het DMP-B de stellige indruk wekt, dat de kandidaat leveranciers feitelijk gaan bepalen wat operationeel/technisch mogelijk is. 
In een dialoog mogen de kandidaat leveranciers aangeven wat zij kunnen – of willen – leveren. Uit de resulterende drie pakketten moet een keuze worden gemaakt. Ook als sommige (sub)systemen van een ander pakket beter zijn. Om juist deze beperking te voorkomen zijn scheepseigenaren (ook civiele reders van grote cruise-schepen, ferry’s en bulk-carriers) bij de bouw van grote schepen altijd tot in zeer hoge mate van detail betrokken bij het ontwerp. Alles moet immers kloppen! De nu ingeslagen weg van een aanbesteding middels een “concurrentiegerichte dialoog” lijkt voor een uiterst complex wapensysteem als een onderzeeboot echter te leiden tot een technisch suboptimaal product. 

Ook leidt dit tot een “race-to-the-bottom”. In zo’n afvalrace staan voor de leveranciers enorme belangen op het spel. Soms van levensbelang voor hun bedrijf. De verleiding is daarom groot om aan (vrijwel) alle gestelde eisen te voldoen. De ervaring van de werkgroep bij soortgelijke projecten in het buitenland leert dat industrieën in zo’n situatie de prijs extreem of onrealistisch laag stellen en/of andere vergaande beloften doen om de opdracht gegund te krijgen. Dit leidt in de uitvoering vrijwel altijd tot onbeheersbare risico’s in termen van product, tijd en geld. 

De werkgroep is daarom van mening dat de gekozen route vanuit technische optiek en ervaring met de bouw van grote en unieke kapitaalgoederen niet de juiste route is naar het top-product dat de Koninklijke Marine nodig heeft

Het volledige commentaar download u via deze link van KIVI
Daarin licht de werkgroep het standpunt toe en heeft daarbij vragen en enkele alternatieven geformuleerd.