Kabinet schuift besluit onderzeeboten voor zich uit

Het kabinet-Rutte schuift de beslissing over vier nieuwe onderzeeboten al wekenlang voor zich uit en gaat een keuze tussen Nederlandse of Franse boten uit de weg. Eind vorig jaar nam het kabinet zich in de Defensie Industrie Strategie voor om voortaan de eigen industrie voorrang te geven, net zoals andere Europese landen dat doen. Maar nu het aankomt op daadwerkelijke beslissingen, durven de ministers Parijs niet voor het hoofd te stoten.

Bij de vervanging van de huidige Walrusklasse-onderzeeboten gaat het om groot geld. ‘Meer dan 2,5 miljard,’ heet het officieel. Bronnen rond het ministerie van Defensie hebben het over 3,5 miljard. Premier Mark Rutte (VVD) zegt dat ‘we gewoon de beste spullen voor de beste prijs kopen’. Maar zo simpel ligt het niet. Ook hier spelen nationale belangen: technologische voorsprong; het voortbestaan van een eigen marinebouw en een koninklijke marine die niet afhankelijk is van wat buitenlandse wapenproducenten mogen leveren.

De nieuwe onderzeeboten zijn niet van een bestaand type, maar moeten nog worden ontwikkeld. Een Duitse en een Spaanse werf dingen mee naar de order, maar volgens ingewijden is het een strijd tussen de Franse Naval Groep (in samenwerking met het Nederlandse Royal IHC) en Damen Schelde (in combinatie met het Zweedse Saab).

De verwachting was dat VVD-staatssecretaris Barbara Visser al in maart een zogenoemde B-brief naar het parlement zou sturen met de aankondiging van het industriële project en vooral welk aanbod defensie had uitverkoren. Maar de zaak kwam in de vertraging. In een ambtelijk voorportaal van de ministerraad koersten defensieambtenaren onlangs aan op een beslissing ten gunste van Damen, maar volgens bronnen lagen ambtenaren van andere ministeries dwars. Als een manier om de prijs te drukken, werd geopperd Damen en Naval nog een paar jaar met elkaar te laten concurreren. En sowieso was het diplomatiek lastig om de Franse werf te passeren, na alle ophef over de aandelen Air France/KLM.

Lees verder op Elsevierweekblad.nl