EEN EUROPEES LEGER

Politiek is vaak een kwestie van framing. Je plaatst iets in een kader en je begint het te prijzen of juist er tegenaan te schoppen. Zo sprak maandag D66 vicepremier Kajsa Ollongren in Denemarken haar Europese partijvrienden van Radikale Venstre toe. Ze pleitte voor een Europees leger.

Een Binnenhofrel was geboren, want VVD-premier Mark Rutte en CDA-minister van Defensie Ank Bijleveld hadden al gezegd dat ze – anders dan de Franse president Macron en de Duitse Bondskanselier Merkel – tegen zo’n Europees leger zijn. ‘Het kabinet spreekt met één mond en ik ben die mond’, zei Bijleveld.

Het is de vraag of Macron en Merkel met hun pleidooien voor een Europees leger hetzelfde bedoelen. Wie zich verdiept in beider opvattingen stuit al gauw op grote verschillen. Wel zijn ze het eens dat EU-landen meer moeten doen aan defensie. Ze zien de wereld onveiliger worden: terrorisme – dreiging, de inmenging van Rusland in Oekraïne en zijn bemoeienis in Syrië en – op termijn gevaarlijker – de opmars van China. Bovendien kan Europa niet meer van Amerika op aan, de financiële en militaire kracht achter de NAVO.

Allemaal verstandige observaties van Macron en Merkel. De landen van Europa geven gezamenlijk meer uit aan defensie dan China en Rusland bij elkaar. De Europese output is veel en veel kleiner omdat elk land zijn eigen landmacht, luchtmacht en marine en bijbehorende bureaucratieën heeft. Een euro voor Defensie is veel minder waard dan een dollar, een roebel of een Chinese munt.

Inniger samenwerken is dus logisch. Het gebeurt ook al. Zo is er een geïntegreerd Duits-Nederlands legerkorps, onze marine werkt met België samen en het Benelux-luchtruim wordt gezamenlijk bewaakt. Nederland heeft zich ook al gemeld voor de Europese interventiemacht. Een Frans plan waar zelfs de Britten aan mee willen doen. Ook de NAVO is blij met Europese samenwerking. NAVO-officials wonen tegenwoordig EU-bijeenkomsten bij en andersom. Zo versterkt het ene bondgenootschap het andere.

Een Europees leger? Het is allemaal framing. Ollongren spreekt met haar pleidooi haar Europagezinde achterban aan en ze weet dat er heibel van komt, want binnen het kabinet gaat zij er helemaal niet over. En Rutte en Bijleveld verlenen lippendienst aan de Eurosceptici onder hun kiezers. Terwijl ze alle drie hetzelfde willen.

Lees verder op BNR.nl