De Kleine Acht eisen meer recht van spreken


Klein maar fijn. Wie de ranglijstjes met economisch succesvolle landen bekijkt, ontwaart veel kleinere naties in de hoogste regionen. Tegenover de Grote 7 zou een Kleine 8 een inspirerend tegengeluid kunnen laten horen. En jawel, maandag is voor Nederland de aftrap van de S(mall)8. ‘Al deze acht landen zijn een beetje paranoïde. Dat is geen slechte zaak.’

Wat heeft Nederland gemeen met Singapore, Israël, Ierland, Denemarken, Zweden, Finland en Zwitserland? Het zijn landen met relatief weinig inwoners die keer op keer goed tot zeer goed scoren op de internationale concurrentieranglijstjes. Op die van het World Economic Forum staat Nederland op de vierde plaats, Singapore staat zelfs op nummer 1.

Maar toch, als de grote problemen in de wereld worden besproken, hebben de kleine succesnummers nauwelijks een stem. Onverstandig, meent James Breiding, een Zwitsers-Amerikaanse vermogensbeheerder en tevens auteur van het boek Too small to fail. Eerder schreef hij al een boek over het economische succes van Zwitserland. ‘Het zijn landen die de toekomst schrijven. Ze leiden de wereld niet door hun omvang, maar simpelweg door het goede voorbeeld te geven.’

Komende maandag is Breiding in Amsterdam, waar hij in de Industrieele Groote Club zijn nieuwste boek presenteert. Deze bijeenkomst vormt voor Nederland tegelijkertijd de aftrap van de S8, een afkorting met een knipoog naar de G7. De S staat in dit geval voor het Engelse woord small.
Breiding is een man met een missie. Met de S8 wil hij een groep beslissers uit deze landen bij elkaar halen. Gezamenlijk moeten zij op zoek naar antwoorden op grote wereldvraagstukken, zoals over klimaat en milieu, immigratie, vergrijzing en de oplopende zorgkosten. ‘We kunnen bij elkaar over de heg kijken, van elkaar leren en de wereld laten zien wat er mogelijk is.’

De S8 als denktank, forum of gezamenlijk platform. In Nederland hebben mensen zoals ­Feike Sijbesma (DSM), Paul Polman (ex-Unilever), Tom de Swaan (ABN Amro), Wiebe Draijer (Rabobank) en Rianne Letschert (Universiteit Maastricht) hun naam verbonden aan het initiatief. Onder de prominenten ook Alexander Rinnooy Kan, voormalig topbestuurder van de Erasmus Universiteit, VNO-NCW, ING Group, de Sociaal-Economische Raad en laatstelijk werkzaam als universiteitshoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds een maand is hij met emeritaat.

Lees verder bij het FD